Saumaise, Claude (1588-1653)

30 maart 2010

Claude (de) Saumaise (Salmasius) (Semur-en-Auxois 15.4.1588 -Spa 3.9.1653),zoon van Bénigne Saumai­se, raadsheer in het Parlement van Bourgogne , studeerde filosofie te Parijs (1604-1606) en rechten te Heidelberg,maar richtte daar zijn aandacht al spoedig op de studie van de ‘bonae litterae’(1606-1609).Na zijn studietijd verbleef hij afwisselend in zijn geboortestreek en in Parijs; door zijn sterke geheugen, grote talenkennis,onvermoeibare werkkracht en vlotte omgang met collega-geleerden ontwikkelde hij zich snel tot een vooraanstaand filoloog, die in de eerste plaats als editor van teksten uit de (post-)klassieke periode naam maakte, maar tegelijkertijd zijn visie gaf op tal van godsdienstige, politieke en morele strijdvragen van zijn tijd. Reeds tijdens zijn studietijd was Saumaise tot het calvinisme overgegaan; hij is deze geloofs­richting steeds trouw gebleven, ondanks aansporingen, ook vanuit de hoogste Franse regeringskringen, de katholieke kerk met een geloofsovergang te dienen.Voor het kerkelijke eenheidsstreven van Hugo Grotius en Théophile Brachet de La Milletière had hij geen goed woord over.

In 1623 huwde Saumaise met een kleindochter van de Parijse hebraïcus Jean Mercier,Anne Mercier, die hem een groot aantal kinderen schonk. Mede omdat hem vanwege zijn godsdienstige overtuiging het recht zijn vader als raadsheer op te volgen werd ontzegd, accepteerde Saumaise in 1631, hiertoe gestimuleerd door machtige beschermheren en behulpzame vrienden als François van Aerssen, André Rivet en Gerardus Joannes Vossius,een aanbod van het curatorium van de Leidse universiteit om – tegen een jaarlijkse vergoeding van 2000 pond (‘librae Gallicae’) en verdere emolumenten – met zijn publica-ties de instelling luister bij te zetten (P.C. Molhuysen, Bronnen Leidsche Univ. II, p. 253*). Saumaise werd vrijgesteld van de verplichting colleges te geven en algemeen werd dan ook aangenomen dat met de benoeming van de Franse geleerde de leerstoel van de beroemde Josephus Justus Scaliger († 1609) weer bezet was.

De Leidse periode (aankomst te Leiden in november 1632) werd gekenmerkt door een schandaal verwekkende vete met collega Daniel Heinsius,die aanspraak op de positie van Scaliger maakte.Saumaise bleef een Fransman in hart en nieren, maar hij leefde in de Republiek omdat hij hier als hugenoot de vrijheid had om de vrucht van zijn studies te publiceren zonder concessies te moeten doen die tegen zijn geweten indruisten.Onder de knoet van een dominante vrouw,geplaagd door jichtaanvallen die in de loop der jaren steeds heviger werden, ontstemd vanwege préséancekwesties tijdens universitaire plechtigheden, prikkelbaar, impulsief en trots, ontwikkelde Saumaise zich tot een ware tiran van de Republiek der Letteren, die geen tegenspraak kon velen, met vele tegenstanders polemiseerde en zelfs naaste vrienden door zijn lichtgeraaktheid van zich vervreemde. Hij wist zich in het Leidse milieu te handhaven dankzij de steun van een welwillend curatorium, de bemoediging van bevriende geleerden zoals de gebroeders Pierre en Jacques Dupuy, Claude Sarrau, Constantijn Huygens en Johan de Laet, en langdurige reizen die hem in zijn geliefde vaderland terugvoerden.Van 1635-1636 en van 1640-1643 verbleef hij in Bourgogne en Parijs, maar deze intermezzo’s hadden geen nadelige invloed op zijn wetenschappelijke productivi­teit, die nu nog meer in het teken kwam te staan van talrijke slepende polemieken met professoren en predikanten.

Terwijl Richelieu, Mazarin en Henri II de Bourbon, prins van Condé, er niet in slaagden Saumaise voor zich te winnen, wist koningin Christina van Zweden in 1650 de geleerde aan haar hof te verbinden. Met toestemming van de bestuurders der Leidse universiteit verbleef Saumaise meer dan een jaar in Stockholm (aankomst 26/27 augustus 1650, vertrek omstreeks 9 september 1651). Al snel nadat hij in Leiden was teruggekeerd, besloot hij voor zijn jicht genezing te zoeken in Spa, waar hij aan een koorts­aanval bezweek.Aan de Leidse universiteit herdacht Adolphus Vorstius zijn collega in een Oratio in exces­sum Claudii Salmasii (Leiden 1654). Saumaise ligt begraven te Maastricht in de Sint-Janskerk of in de Waalse kerk.

II. Geschriften

Saumaise’s publicaties zijn niet gemakkelijk onder één noemer te brengen. Op grond van zijn eruditie kan hij doorgaan voor een belangrijk polyhistor, die een breed terrein van de toenmalige kennis bestreek. Zijn werken danken dikwijls hun ontstaan aan een bijzonder voorval, een toevallige samenloop van om­standigheden, een discussie of een conversatie; in het vuur van de polemiek bekommerde Saumaise zich weinig om de arme lezer, die hij zonder gêne onoverzichtelijke, ellenlange vertogen met vele herhalingen en uitweidingen voorschotelde. Hugo Grotius noemde Saumaise ‘een vat vol geleerdtheit, maer zonder duigen’ (Briefw. Grotius XIII, p. 52), zeker een rake typering als tenminste wordt aangenomen dat hij met ‘duigen’op hoepels doelde.Anderzijds manifesteerde Saumaise zich als een vakkundig filoloog,die steeds van de bronnen uitging, graag met handschriftelijk materiaal werkte en voor tal van strijdvragen over het alledaagse leven in de Oudheid een oplossing aandroeg. Een grove verdeling van Saumaise’s publicaties levert drie categorieën op.Allereerst maakte de geleerde naam in de tekstkritiek.Vervolgens is hij van belang om zijn (kerk)historische studies, zoals bijvoorbeeld zijn onderzoek naar de taal van het Nieuwe Testament, in het kader van een felle polemiek met Daniel Heinsius.Tenslotte mengde hij zich op grond van zijn encyclopedische kennis in allerlei actuele kwesties als het rente-vraagstuk, het climacterisch jaar en de Engelse burgeroorlog (polemiek met John Milton).

III.Werken

Een nauwkeurige bibliografie van Saumaise’s werken – mèt een beschrijving van het polemische kader waarin zij veelal tot stand kwamen – is een desideratum.De meest volledige overzichten van de uitgegeven, onuitgegeven en voorgenomen studies zijn te vinden in Ph. Papillon, Bibliothèque des auteurs de Bourgogne, 2 dln., Dijon 1745, reprint Genève 1970, II, p. 247-286, en E. en E. Haag, La France protestante ou vies des protestants français, Parijs 1849-1859, IX, p. 149-173. In onderstaande lijst zijn Saumaise’s belangrijkste publicaties aan de hand van de hierboven vermelde categorieën bijeengebracht.

a. (Post)klassieke filologie:

b. (Kerk)historische studies en polemieken:

» Nili archiepiscopi Thessalonicensis de primatu papae Romani libri duo, item Barlaam monachi, cum interprete utriusque Latino, Cl. Salmasii opera et studio, cum eiusdem in utrumque notis, Hanau (Hanoviae) 1608, Leiden 1645. » Lucius Annaeus Florus, Rerum Romanarum libri IV, z.pl. [Heidelberg] 1609,Leiden 1638, Leiden 1655, en latere uitgaven. » Duarum inscriptionum veterum Herodis Attici rhetoris et Regillae coniugis honori positarum explicatio. Eiusdem ad Dosiadae aras, Simmiae Rhodii ovum, alas, securim,Theocriti fistulam notae, Parijs 1619, Leiden 1699­1700,Venetië 1737.

» Historiae Augustae scriptores VI … Cl. Salmasius ex veteribus libris recensuit et librum adiecit notarum ac emendationum …, 2 dln., Parijs 1620, Leiden 1661 en 1671. » Tertullianus, Liber de Pallio, Parijs 1622, Leiden 1656, en latere uitgaven. » In 1623 publiceerde Saumaise te Middelburg nog een weerlegging, onder het pseudoniem Franciscus Francus, van de kritiek door Antonius Cercoetius (Denis Petau) op Saumaises noten bij deze editie: Confutatio animadversorum Antonii Cercoetii ad Claudii Salmasii notas in Tertullianum de Pallio. Zie ook Refutatio utriusque Elenchi Cercopataviani, auctore Francisco Franco, Parijs 1623. » Plinianae exercitationes in Caii Julii Solini Polyhistora. Item Caii Julii Solini Polyhistor ex veteribus libris emendatus, 2 dln., Parijs 1629, Utrecht 1689, met daarin opgenomen Exercitationes de homonymis hyles iatricae. » Lucius Ampelius, Liber memorialis, Leiden 1638, Leiden 1655, en latere uitgaven. » Arnobius, Adversus gentes libri VII, Leiden 1638, Leiden 1651. » Achilles Tatius, _??????_? … sive de Clitophontis et Leucippes amoribus libri VIII, Leiden 1640 en latere uitgaven (Leipzig 1776 en 1821). » Notae et animadversiones in Epictetum et Simplicium, Leiden 1640, in de verzamelbundel Simplicii Commentarius in Enchiridion Epicteti, Leiden 1640. Deze bundel opent met een opdrachtbrief Cl. Salmasius philosophiae stoicae studiosis (Leiden, 24 juli 1640) en bevat voorts Cl. Salmasii Praefatio in Tabulam Cebetis Arabicam, bij Tabula Cebetis Graece, Arabice, Latine. Item aurea carmina Pythagorae, cum paraphrasi Arabica, auctore Iohanne Elichmanno M.D. (Leiden 1640). » De re militari Romanorum liber, opus posthumum, Leiden 1657. » De manna et saccharo commentarius, Parijs 1663, Utrecht 1689. » Ook verschenen er van Saumaises hand vóór en (lang) na zijn overlijden aantekeningen en beschou­wingen over auteurs/werken als Vitruvius (1649), Juvenalis (1685), Stephanus van Byzantium (1688), Quintus Curtius (1696), Julius Pollux (1706), Pervigilium Veneris (1712), Aristaenetus (1752), Avienus (1786) en Anthologia Graeca (1810).

» Amici ad amicum de Suburbicariis regionibus et ecclesiis suburbicariis epistola, z. pl. 1619, herdrukt in de

brievenuitgave van A. Clément (zie hieronder).

» Eucharisticon Jac. Sirmondo … pro adventoria, de regionibus et ecclesiis suburbicariis, Parijs 1621.

» Walonis Messalini de Episcopis et presbyteris contra D. Petavium Loiolitam dissertatio prima, Leiden 1641.

» De Hellenistica commentarius, controversiam de lingua Hellenistica decidens et plenissime pertractans originem ac

dialectos Graecae linguae, Leiden 1643.

» Funus linguae Hellenisticae, sive Confutatio exercitationis de Hellenistis et lingua Hellenistica, Leiden 1643.

» Ad Aegidium Menagium epistola super Herode infanticida, Heinsii tragoedia, et censura Balsacii, Parijs 1644, herdrukt in de brievenuitgave van A. Clément (zie hieronder).

» Epistola ad Andream Colvium, super cap. XI primae ad Corinth. Epist. de caesarie virorum et mulierum coma,

Leiden 1644, Nederlandse vertaling Dordrecht 1645.

»» ???????_?????. De coma dialogus primus. Caesarius et Curtius interlocutores, Leiden 1645.

» Librorum de primatu papae pars prima, cum apparatu, Leiden 1645.

» Simplicii Verini ad Justum Pacium epistola, sive Iudicium de libro postumo H. Grotii, Hagiopoli [= Leiden]

1646, Straatsburg 1654 en 1655.

» De transsubstantiatione liber, Simplicio Verino auctore.Ad Justum Pacium contra H. Grotium, Hagiopoli 1646 [= 1647?], Leiden 1660. » Thomae Bartholini de latere Christi aperto dissertatio. Accedunt Cl. Salmasii et aliorum de cruce epistolae, Leiden 1646.

c. Publicaties over actuele problemen, onder meer het rentevraagstuk:

» De usuris liber, Leiden 1638.

» De modo usurarum liber, Leiden 1639.

» Dissertatio de foenore trapezitico in tres libros divisa, Leiden 1640.

» Diatriba de mutuo, non esse alienationem, adversus Coprianum quemdam iuris doctorem, in 1640 onder het pseudoniem Alexius a Massalia te Leiden uitgegeven. » Responsio ad calumniatoriam epistolam Joh. Cloppenburgii, Leiden 1640. » Excerpta ex Claudii Salmasii dissertationibus de trapezitis et in ea theologi cuiusdam breves notae, Leiden 1640.

» Brevis confutatio notarum larvati cuiusdam theologi in excerpta dissertationis de trapezitis Cl. Salmasii, Leiden

1640. » Disquisitio de mutuo, qua probatur non esse alienationem, auctore S[almasio] D[e] B[urgundia], Leiden 1645. » Epistola Car.Ann.Fabroti …de mutuo.Cum responsione Cl.Salmasii ad Aegidium Menagium, Leiden 1645

(p. 8-32). » Confutatio diatribae de mutuo, tribus disputationibus ventilatae, auctore et praeside Jo. Jacobo Vissembachio,

Leiden 1645, met vervolgens:

» Elenchus _??_???? de mutuo ex iurisprudentiae methodicae partitionibus elementariis Johan. Ottonis Tabor.

» Miscellae defensiones pro Cl. Salmasio, de variis observationibus et emendationibus ad ius Atticum et Romanum pertinentibus, Leiden 1645, gericht tegen de Parijse jurist Didier Hérauld.

» Specimen confutationis animadversionum Desiderii Heraldi sive Tractatus de subscribendis et signandis testamentis,

item de antiquorum et hodiernorum sigillorum differentia, Leiden 1648, later uitgegeven als: » De subscribendis et signandis testamentis … tractatus, Leiden 1653. » Interpretatio Hippocratei aphorismi LXIX, sectione IV, de calculo. Additae sunt epistolae duae Joh. Beverovicii

M.D. quibus respondetur, Leiden 1640.

» Grallae seu vere puerilis cothurnus sapientiae,quo se iactat apud imperitos Guillelmus Apollonii …in centionibus, quos edidit de iure maiestatis circa sacra, contra libellum … Nicolai Vedelii de episcopatu Constantini Magni, Franeker 1646.

» De annis climactericis et antiqua astrologia diatribae, Leiden 1648. » Defensio regia pro Carolo I ad …regem Carolum II …,z.pl.[Leiden] 1649,en latere uitgaven en vertalingen; vgl. F.F. Madan in The Library 5th series no. IX (1954), p. 101-121. » Ad Johannem Miltonum responsio, opus posthumum, Londen 1660, Dijon 1660.

d. Brieven

Johan van Beverwijck,Epistolicae quaestiones cum doctorum responsis …,Rotterdam 1644,en andere door deze auteur gepubliceerde epistolaire enquêtes;Claudii Salmasii …Epistolarum liber primus.Accedunt,de laudibus et vita eiusdem,prolegomena,ed.A.Clément,Leiden 1656; Francisci et Joannis Hotomanorum …et clarorum virorum ad eos epistolae …,Amsterdam 1700; De fibulis antiquorum vestiariis in agro Neomagensium suburbano ad Galli­cam Vahalis ripam erutis. Cl. Salmasii, Jo. Fred. Gronovii et Jo. Smetii epistolae ex autographis editae, Nijmegen

1783; Lettres inédites écrites de Dijon, de Paris et de Leyde à Peiresc (1620-1637), ed. Ph.Tamizey de Larroque, Dijon 1882 [Les correspondants de Peiresc,V]; D.J.H. ter Horst, Isaac Vossius en Salmasius, Den Haag 1938; Claude Saumaise et André Rivet, Correspondance échangée entre 1632 et 1648,Amsterdam en Maarssen 1987; voorts in brievenedities als Marquardi Gudii et doctorum virorum ad eum epistolae … et Claudii Sarravii … epistolae (ed. P. Burmannus), Utrecht 1697, en de Briefwisseling van Hugo Grotius [Rijks Geschiedkundige Publicatiën, Grote Serie, 64- ], Den Haag 1928- . Zie ook het ‘Apparaat Molhuysen’ in de Dousa-kamer van de Leidse universiteitsbibliotheek, voor andere gepubliceerde brieven van (en aan) Saumaise.

IV. Literatuur

BHAPB, 2, p. 353; Leiden University in the seventeenth century. An exchange of learning, ed.Th.H. Lunsingh Scheurleer en G.H.M. Posthumus Meyjes, Leiden 1975; H. Lapeyre, ‘Saumaise: aperçu de ses idées sur l’usure et le prêt sur gages aux Provinces-Unies’, in: Revue européenne des sciences sociales (Cahiers Vilfredo Pareto) 14 (1976), p. 5-38; Correspondance intégrale d’André Rivet et de Claude Sarrau 1641-1650, ed. H. Bots en P.Leroy,3 dln.,Amsterdam 1978-1982; A Milton Encyclopedia, ed.W.B. Hunter,VII (Lewisburg-Londen 1979), p. 136-138 (D.A. Roberts); de literatuur over John Milton kent een aantal bijdragen die ingaan op zijn controverse met Saumaise, o.a. L. Miller, ‘Milton, Salmasius and Hammond: The history of an insult’, in: Renaissance and Reformation 9 (1973),p.108-115,en A.R.Bowers,‘Milton and Salmasius:The rhetorical imperatives’, in: Philological Quarterly 52 (1973), p. 55-68; H.J. de Jonge,‘De bestudering van het Nieuwe Testament aan de Noordnederlandse universiteiten en het Remonstrants Seminarie van 1575 tot 1700’, in: Verh.der Kon.Ned.Akad.van Wet., afd. Letterk., Nieuwe reeks, deel 106 (Amsterdam, etc. 1980);

E.O.G. Haitsma Mulier en G.A.C. van der Lem, Repertorium van geschiedschrijvers in Nederland 1500-1800, Den Haag 1990,p.360-361;A.Bresson,‘Guerre moderne et érudition:Peiresc et le traité de la milice de Saumaise (1635-1637)’, in: Histoire, économie et société 11 (1992), p. 187-196; Nicolas-Claude Fabri de Peiresc, Lettres à Claude Saumaise et à son entourage (1620-1637),ed.A.Bresson,Florence 1992; Biographisch-Bibli­ographisches Kirchenlexikon VIII (Herzberg 1994), kol. 1232-1233 (U. Önnerfors); Centuriae Latinae. Cent une figures humanistes de la Renaissance aux Lumières offertes à Jacques Chomarat, ed. C. Nativel, Genève 1997 [Travaux d’Humanisme et Renaissance, 314], p. 725-730 (J. Jehasse); F.F. Blok, Isaac Vossius en zijn kring. Zijn leven tot zijn afscheid van koningin Christina van Zweden 1618-1655, Groningen 1999.

[Henk Nellen]

Citeerinstructie:

Henk Nellen, ‘Claude Saumaise’ in: Jan Bloemendal en Chris Heesakkers, eds., Bio-bibliografie van Nederlandse Humanisten. Digitale uitgave DWC/Huygens Instituut KNAW (Den Haag 2009). www. dwc.huygensinstituut.nl